Het ‘boekske’ zoals Errit van der Velde het graag noemt, is gereed: Perspectieven, Filosofische reflecties op abstracte kunst, filosofie, wetenschap, bestuur en samenleving. Een uitgave van Yellow Fellow, geschreven door Errit, met ondersteuning van Menna en uw scribent. “Geen filosofie van de kunst, meer een cultuurfilosofie. De algemene lijnen van wijsgerig denken zijn de mijne”. Wanneer je Errit vraagt waarom hij zo kijkt en denkt, dan krijg ik een diephumaan antwoord: “Ik streef er naar om onze menselijke inspanningen in een perspectief te plaatsen. Het gaat om het zoeken naar het rechtvaardige. Om het weten dat je het niet weet en daardoor tot nieuwe inzichten te komen. Dat kan zinvol zijn voor wat in de Stichting Yellow Fellow wordt beoogd met het leggen van verbindingen tussen abstracte kunst, filosofie, wetenschap, bestuur en samenleving.”
‘No less’, denk ik er stilletje achteraan. En bewonder de man die in zichzelf een en al kruisbestuiving is. Hij studeerde wiskunde, natuurkunde en filosofie, bestudeerde religie, gaf les aan diverse gremia van mensen, van bestuurders tot zijn kleinkinderen, speelde virtuoos het orgel en was fanaat schaatser. De bewondering zit hem zijn vermogen om uit die veelheid en complexiteit zijn essentie van wat hij heeft te zeggen, ook in eenvoud en diepgang kan verwoorden.
Alleen al de mogelijke betekenissen van het woord ‘perspectieven’ is zinvol om even bij stil te staan. Zeker omdat Errit ieder woord zeer bewust weegt en kiest. En zeker wanneer het de titel van zijn boek betreft.
Het aardige is natuurlijk dat er ook diverse perspectieven op het begrip ‘perspectieven’. Perspectief heeft te maken met positioneren, kijken, verdiepen en relaties zien tussen mensen en/of dingen. Met als mogelijk resultante een nieuwe manier van kijken “ik zie opeens nieuwe perspectieven”. Perspectief is het punt van waaruit je naar iets kijkt of dat je dat iets in beeld brengt. Zoals een vogelvluchtperspectief, kikvorsperspectief en ooghoogteperspectief. Dit laatste zou Errit het ‘tussen- de-neuzen perspectief kunnen noemen. Maar je kunt het ook andersom stellen: het is de manier waarop voorwerpen zich van een bepaald punt uit aan het oog vertonen. In de eerste situatie ben je als persoon actief je positie aan het bepalen en in het tweede geval ‘overkomt’ het je. Perspectief wordt verbonden met de verrekijker en met de ‘leer der ‘vergezichtkunde’. Een vaardigheid (kunde) om in de verte te kunnen kijken, om toe-komende zaken dichterbij te halen. Het effect van – zeker de eerste keer – door een verrekijker kijken is voor iedereen herkenbaar.
Nu wordt het begrip perspectief ook gehanteerd in schilder- en tekenkunst en refereert naar de dieptewerking van een afbeelding en het effect daarvoor op kunstwerk en beschouwer. Kortom: fysische, psychische, verhalende, artistieke en filosofisch perspectieven. Met in zich de mogelijkheid tot een nieuwe manier van kijken, zien van nieuwe werkelijkheden of voelen van nieuwe kansen.
Perspectieven dus. Van Errit van de Velde. Een open uitnodiging om het te gaan lezen en in gesprek te gaan met YF.
Kort samengevat (achterkant van het ‘kafske’): Het creatieve in de mens is geen nabootsing maar resultaat van een scheppende geest waarbij oneindigheid, intuïtie en innerlijke noodzaak basisbegrippen zijn. Het denken over oneindige mogelijkheden in plaats van een voorgegeven vorm creëert ruimte voor onbegrensde mogelijkheden. Met het ontstaan van abstractie heeft de kunst zich bevrijd van de nabootsing en zijn vele concrete werelden mogelijk.”
Nu hangt er om ‘nieuw’ (zien, handelen) een zweem van positieve energie, kracht en zin om direct aan de slag te gaan. Nieuwe energie, iets nieuws maken, met een schone lei beginnen: daar kijken we allemaal op gegeven momenten naar uit! Zelfs de voorjaarsschoonmaak, sapvasten of reorganisaties hebben te maken met het wegdoen van het oude, je systemen schoonmaken, zodat er ruimte komt voor wat nieuws. Zo’n lentegevoel van fris en fruitig. Je kent het vast wel.
Tegelijkertijd kennen we ook de tijd ervoor. Niet alleen het hikken tegen het opruimen, maar ook de fase van het niet weten, het zoeken, de mogelijkheid om te kiezen tussen al doe onbegrensde mogelijkheden. Met alle risico’s van verkeerde keuzes maken en niet succesvol zijn. Vele goede en mooie initiatieven, die ook aan de vooravond van hun ‘onbegrensde mogelijkheden’ stonden, zijn er niet meer. What does it take to become a winner?
Neem nu Yellow Fellow Leidschendam. In de korte tijd – van het verkrijgen van de nieuwe locatie tot de Preview-, is de ruimte letterlijk schoongemaakt, hebben de kunstwerken een nieuw huis, is er een aanal eerste kleine experimenten geweest, en is een nieuwe –nog groeiende- organisatie gevormd. Met de Preview van 12 mei (vorige week) is de kop eraf: YFiL is publiek domein geworden en staat aan de vooravond van ‘onbegrensde mogelijkheden’ als uniek en kunstzinnig cross-overinstituut.
De spanning tussen: ‘wat gaan we nu voor leuke experimenten doen’ (het artistieke) versus ‘hoe zorgen we voor inkomsten’ (het bedrijfskundige) schuurt al direct met elkaar. De volgende publieke bijeenkomsten zijn gepland op 29 juni (een ‘veiling’ experiment) en 8 en 9 september (Monumenten-dagen en tevens de formele opening) en we hebben nog geen inkomsten! Populair gezegd levert schuring glans op. Ik heb het mezelf toch meerdere keren horen zeggen tegen deelnemers in een leerprogramma. Gezonder schuring zeker. De vraag is of je in staat bent om de spanning ook gezond en constructief te houden. What does it take to stay healthy?
Een professor van het Leiderschapsinstituut Insead, Erik van de Loo, introduceerde bij mij het psychologisch concept ‘negative capability’. Een begrip dat voor het eerst werd gebruikt door de romantische poëet John Keats in een brief aan zijn broer over zijn bewondering voor Shakespeare en zijn vermogen om zowel onzeker en onwetend te kunnen zijn en verdragen:‘…At once it struck me, what quality went to form a Man of Achievement, especially in literature, and which Shakespeare possessed so enormously- I mean Negative Capability, that is when man is capable of being in uncertainties. Mysteries, doubts, without any irritable reaching after fact and reason.‘
Het begrip ‘negatief vermogen’ betekent het vermogen om de wereld te bevatten, zonder de behoefte te hebben om tegensprekende aspecten te verenigen of te laten passen in een gesloten of rationeel systeem. Anders gezegd: wanneer je als bestuurder in een crisissituatie zit, vraagt iedereen je om nú en vooral snel een beslissing te nemen. Terwijl je het eigenlijk nog niet weet. Hoe lang kan deze situatie van onzekerheid vasthouden? Hoeveel tijd en ruimte gun je zelf de ruimte om de situatie vanuit diverse, nieuwe perspectieven te onderzoeken? En dan pas beslissingen te nemen?
Transformatie en innovatie betekent ruimte maken voor iets nieuws. In de leegte stappen voelt meestal ongemakkelijk. En vraagt dus iets extra’s van de mens om dit te kunnen doen: in staat zijn om er echt te kunnen zijn, de spanning echt te doorleven, de onzekerheid ook echt te verdragen. En niet door er bijvoorbeeld even over te lezen. Voller, een psychotherapeut, beschrijft het ook als ‘‘the experience of the conscious mind in the presence of the unconscious’. Ze geeft ook aan dat het niet om passieve onzekerheid gaat, dat kan ontstaan uit een nalatigheid of algemeen gevoel. Het gaat haar om actieve onderzekerheid, dat wil zeggen dat je dus zonder een ‘template’ er kunt zijn en in staat zijn om je ‘sense of feeling lost’ te verdragen en ja zelfs van genieten! En open staan voor alle gevoelens en mogelijkheden die kunnen ontstaan in die ruimte.
Wanneer je als leider in een organisatie laat zien en er over spreekt hoe je zelf constructief met onzekerheid omgaat, kan dit positief effect hebben op de gewenste organisatieverandering. Toegegeven, we praten er vaak niet over en we leven in een tijdperk van snelle actie. En bij een startende onderneming, zoals bijvoorbeeld YFL, is een psychologisch gesprek over ‘goh, vertel eens, hoe ga jij nou met je onzekerheid om?’ wel het laatste waar je op zit te wachten.
Caroline van der Linden
20 mei 2012